Jan Frans Timbermont: voor 1914

Op zondag 21 mei 1893 trekken de inwoners van Denderwindeke naar de hoogmis in de Sint-Pieterskerk in het centrum van het dorp. Het is Pinksteren en het weer zit mee. Na de mis zullen de dorpelingen kunnen genieten van een aangename voorjaarsdag. Maar niet iedereen is aanwezig. In hun huis in het gehucht ‘Meerschvoorde’ zitten Pieter Raymond Timbermont en zijn echtgenote Oliva Turf met hun gedachten elders. Om half tien ’s morgens schonk Oliva immers het leven aan hun eerste kind, een zoon. Jan Francis Timbermont is een zondagskind.

De Sint-Pieterskerk in Denderwindeke

Het gezin boert goed, letterlijk en figuurlijk. Jan Francis speelt als kleuter op de boerderij. Zijn grootouders (Jan Frans is vernoemd naar zijn grootvader Joannes Franciscus Timbermont) leven ook nog. Al snel wordt het gezin verder uitgebreid. In 1896 komt er een zusje bij (Maria Francisca) en in augustus 1898 een broertje (Vital Odilon).

In de zomer van 1898 overlijdt grootmoeder Turf (Rosalia Claes). Vitalis Turf, de oudere broer van Oliva, is onderwijzer en is niet in de wieg gelegd voor de boerenstiel. Grootvader Turf (Joseph) blijft alleen achter met zijn jongste dochter Irma. Het gezin van Raymond Timbermont verhuist van Denderwindeke naar het ouderlijk huis van Oliva, in Vollezele, om grootvader Turf bij te staan op de boerderij.

Gedurende de jaren dat de familie Timbermont in Vollezele woont, groeit het gezin nog verder aan. In 1903 wordt Désiré Richard geboren en anderhalf jaar later, in september 1904 is het de beurt aan Louis Valère. Op dat ogenblik is het beroep van Raymond herbergier, in plaats van boer. In 1905 overlijdt grootvader Timbermont en enkele jaren later (1908) ook grootmoeder (Maria Francisca Bruyland). In deze periode keert het hele gezin van Raymond en Oliva terug naar Denderwindeke.

Enkele jaren later wordt het gezin getroffen door een (eerste) zware tegenslag. Louis Valere overlijdt in april 1909, nog geen vijf jaar oud. Op 14 mei 1913 wordt Frans geboren, de jongste uit het gezin. Zijn oudste broer Jan Frans is op dat ogenblik net geen 20 jaar en wordt dooppeter van zijn jongste broer.

Turbulente tijden breken aan. In de zomer van 1914 staat Europa aan de rand van de afgrond. In de loop van de maand juli loopt de internationale spanning op. Op 1 augustus wordt ook Jan Francis gemobiliseerd. Als 20-jarige had hij reeds in 1913 zijn legerdienst gedaan. Volgens zijn legerdossier maakte hij op 1 augustus 1914 deel uit van de 1ste legerdivisie, het 1ste regiment artillerie van de 3de gemengde brigade, 6de batterij.

De voorpagina van Le  Soir op 4 augustus 1914

De eerste legerdivisie vocht mee om de inval van de Duitsers te vertraging, van augustus 1914 tot oktober 1914. Ze gaan de confrontatie aan met het Duitse leger in Grimde (Tienen), Zemst, Weerde, Elewijt, Dendermonde, Sint-Katelijne-Waver, Mechelen, Leuven, Schiplaken, Venne. Tenslotte trekt ook het eerste leger zich terug in Antwerpen, waarna ze in de nacht van 6 op 7 oktober de schelde oversteken. Vervolgens gaat het via Sint-Niklaas per spoor naar Oostende. Het eerste leger vat post aan de Ijzer ter hoogte van de bocht van Tervaete. Ook deze stelling moet worden opgegeven. De troepen trekken zich terug op de spoordijk Nieuwpoort-Diksmuide en houden daar stand tot aan de onderwaterzetting op 30 oktober. Jan Francis Timbermont werd met zijn artilleriebatterij in Oostkerke bij Diksmuide gestationneerd.

In volgende bijlagen gaan we verder in op een aantal zaken uit het dagelijks leven aan het front (echte verhalen van Jan Frans), inclusief de gebeurtenissen die leidden tot zijn dood.

Dit alles kwam tot stand na speurwerk in allerlei archieven, waarbij we de puzzelstukjes zo goed mogelijk weer hebben samengelegd. Mogelijk zitten er fouten in. Wanneer je een onvolkomenheid vindt, breng ons daar dan zeker van op de hoogte!


Plaats een reactie